Een zonne-installatie plaatsen anno 2025: veelgestelde vragen beantwoord
Subsidies, prosumententarief, digitale teller, plug & play... Er verandert de laatste jaren heel wat in zonnepanelenland. We zetten in dit artikel een en ander op een rijtje.
Krijg je nog steun voor zonne-installaties anno 2025?
Op datum van dit schrijven (augustus 2025) is de regeling qua subsidiëring en steun voor zonnepanelen als volgt:
Installaties van voor 2021
In Vlaanderen en Wallonië zijn de groenestroomcertificaten afgeschaft sinds 2018. Voor wie er tot dan recht op had, blijven ze wel nog gegarandeerd tot de termijnen (15 tot 20 jaar) verstreken zijn. Als je in Brussel woont, krijg je ze nog voor nieuwe installaties. Het wegvallen van die certificaten is echter niet meteen een nadeel. Tegenwoordig is het immers een stuk goedkoper om zonnepanelen te laten plaatsen dan toen de certificaten werden ingevoerd, en zullen nieuwe installaties beter presteren.
Installaties vanaf 2021
Mijn VerbouwLening
Wie de energieprestatie van zijn woning wil verbeteren, kan in Vlaanderen een Mijn VerbouwLening afsluiten van minimaal € 1.250 en maximaal € 60.000. Deze lening kan ook voor fotovoltaïsche zonnepanelen worden gebruikt.
Belangrijkste voorwaarden in 2025:
- Woning is op aanvraagdatum minstens 15 jaar oud;
- Aanvrager behoort tot een lage- of middeninkomenscategorie (inkomensgrenzen variëren per gezinssamenstelling);
- Rente: 1,5% voor nieuwe aanvragen sinds februari 2025;
- Plaatsing gebeurt door een erkende installateur.
Retroactieve investeringspremie
De Vlaamse Regering besliste op 9 juli 2021 dat eigenaars van zonnepanelen die hun investering nog onvoldoende konden terugverdienen een retroactieve investeringspremie krijgen. Deze geldt voor particulieren die een installatie hebben die kleiner of gelijk is aan 10 kVA en een digitale meter hebben.
Wie de premie aanvraagt, moet op 14 januari 2021 nog een terugdraaiende teller gehad hebben. Wie nog geen digitale meter heeft, wacht met de aanvraag tot die er wel is. De aanvraag moet uiterlijk zes maanden na plaatsing van de digitale meter (uiterlijk op 31 december 2025) ingediend worden.
Voor eigenaars van warmtepompen als hoofdverwarming in combinatie met zonnepanelen wordt daarbovenop nog een bijkomende premie voorzien.
EPC-labelpremie
Sinds 2021 bestaat de EPC-labelpremie voor wie een woning met E- of F-label binnen 5 jaar renoveert naar minstens een C-label (of van C/D naar A bij appartementen). Zonnepanelen kunnen bijdragen aan deze labelverbetering indien deel van een bredere energetische renovatie.
In 2025 is de premiebedrag afhankelijk van inkomenscategorie, behaalde label en eventuele ventilatie-eisen. Aanvragen verlopen via Mijn VerbouwLoket.
Inmiddels geschrapt
- Eénmalige investeringspremie: Tot voor kort ontving je in Vlaanderen een eenmalige investeringspremie van je netbeheerder als je zonnepanelen laat plaatsen. Die premie werd echter vroegtijdig geschrapt sinds 1 januari 2024 wegens de dalende prijzen van zonnepanelen.
- Verlaagd btw-tarief voor woningen jonger dan 10 jaar: Ook het verlaagde btw-tarief op zonnepanelen en zonneboilers is sinds 2024 geschrapt voor woningen jonger dan 10 jaar. Als je vanaf 2024 een zonneboiler of zonnepanelen wil laten plaatsen, betaal je opnieuw 21% btw in plaats van 6%. Voor woningen ouder dan 10 jaar blijft de btw-verlaging wel gelden.
Hoe zit dat nu weer met die digitale teller?
In Vlaanderen is de digitale meter sinds 1 januari 2025 verplicht voor alle eigenaars van zonnepanelen. De klassieke, analoge terugdraaiende teller behoort daarmee tot het verleden, behalve voor een beperkte groep gebruikers met een exclusief nachttarief die nog tot 2028 uitstel kan krijgen. De digitale meter meet de afname van elektriciteit uit het net en de injectie van zelf opgewekte stroom afzonderlijk. Dat betekent dat het principe van de terugdraaiende teller en de vroegere salderingsregeling definitief zijn verdwenen.
Voor installaties die vóór 2021 geplaatst werden en waarbij de terugdraaiende teller werd vervangen door een digitale meter, bestaat er nog tot 31 december 2025 een retroactieve investeringspremie.
Wat met het prosumententarief?
Wie tot voor kort werkte met een terugdraaiende teller betaalde jaarlijks een prosumententarief, een vaste vergoeding voor het gebruik van het net. Bij de overstap naar de digitale meter vervalt dit tarief. In plaats van saldering krijgt de eigenaar nu een injectievergoeding van de energieleverancier voor de stroom die op het net wordt gezet. Deze vergoeding ligt doorgaans een stuk lager dan de prijs die men betaalt voor elektriciteit die van het net wordt afgenomen.
Als je over een digitale meter beschikt, kan je die stroomoverschotten ook verkopen aan andere afnemers met een digitale meter (denk aan buren, vrienden of familie). In dat geval kan je een vergoeding vragen aan die afnemers, waarvan het het bedrag onderling bepaalt. Dit doe je echter ook niet zomaar, er moet een energiedeelgroep geregistreerd worden bij de netbeheerder. Die zal ook de verrekening van de meterdata regelen.
Wallonië en Brussel
In Brussel beschikken alle eigenaars van zonnepanelen al langer over een bidirectionele meter. Tot eind 2021 gold daar een regeling waarbij de teller virtueel terugdraaide, maar sindsdien wordt ook hier gewerkt met een injectievergoeding. In Wallonië blijft het systeem van de terugdraaiende teller bestaan voor installaties die vóór eind 2023 in gebruik werden genomen. Daar blijft deze regeling doorlopen tot eind 2030, waarna ook daar volledig wordt overgeschakeld op een meetsysteem met afzonderlijke registratie van afname en injectie.
In Brussel is er geen prosumententarief, maar betaal je voor je afname van het net. In Wallonië is het prosumententarief sinds begin 2020 ingevoerd.
Het capaciteitstarief
In Vlaanderen is sinds 2023 het capaciteitstarief ingevoerd. Dat is een nieuwe manier waarmee de netkosten op je elektriciteitsfactuur wordt berekend. In die nieuwe berekening wordt voor de netkosten geen rekening meer gehouden met dag- en nachttarieven. Via deze maatregel wil de Vlaamse regering mensen aanmoedigen om hun verbruik efficiënter te spreiden en overbelasting van het net te vermijden.
Kort gezegd wordt er met de invoering van het capaciteitstarief een stuk van de factuur aangerekend op het gemiddelde van 12 maandpieken. Die maandpiek is het kwartier in de maand waarop het meeste elektriciteit wordt verbruikt.
De berekening wordt anders gedaan voor mensen met een digitale teller dan voor mensen met een analoge teller. Die laatste groep betaalt nog steeds een prosumententarief. Weliswaar zal het bedrag daarvan lager liggen dan voorheen, gezien een deel van die kosten overgeheveld worden naar het capaciteitstarief. Lees hier meer over de berekening van het capaciteitstarief.
Belangrijk om te weten: met de stroompiek van zonnepanelen wordt bij de berekening van het capaciteitstarief geen rekening gehouden. Het capaciteitstarief wordt enkel berekend op basis van de stroom die je van het net afneemt. Wie zonnepanelen heeft en zijn verbruik om een zonnige dag bewust wat opdrijft, hoeft zich geen zorgen te maken over een hogere consumptiepiek.
Meestal zullen je panelen op dergelijke dagen immers meer opleveren dan dat je à la minute kan verbruiken. Als alle stroom die je verbruikt op zo'n dag van de zonnepanelen afkomstig is, zal je meer dan waarschijnlijk enkel extra stroom op het net zetten (indien je geen batterij hebt) zonder zelf netstroom te gebruiken. Je hoeft dus niet te vrezen voor een hogere maandpiek.
Wat zijn plug & play zonnepanelen?
Wie geen mogelijkheid heeft om een volledige zonne-installatie te laten plaatsen, kan de installatie van plug-in of plug & play-zonnepanelen overwegen. Zo kan je toch - weliswaar beperkt - zelf elektriciteit opwekken.
Wat zijn plug-in zonnepanelen?
Plug-in zonnepanelen of balkonzonnepanelen zijn uitgerust met een stekker die je kan inpluggen in een stopcontact. Je hoeft dus geen installateur aan te spreken. Dit kan een handige oplossing zijn voor eigenaars van appartementen waar de installatie van een volledig pv-systeem niet haalbaar is.
Een dergelijke installatie is niet zonder risico, en dus aan een aantal voorwaarden onderworpen. Het maximumvermogen dat een zonnepaneleninstallatie op stekker (met batterij) mag bedragen wordt begrensd op 800 watt. Dat komt grosso modo neer op een installatie van twee panelen. De opbrengst ervan is dus beperkt.
Voorwaarden voor een plug & play zonne-installatie
Om te kunnen gebruikt worden, moeten de plug & play zonnepanelen gehomologeerd zijn. Dat wil zeggen dat de zonnepanelen en bijbehorende apparatuur (zoals de omvormer en stekker) zijn goedgekeurd en gecertificeerd volgens geldende normen en veiligheidsvoorschriften. Dit houdt in dat ze voldoen aan technische en wettelijke eisen, bijvoorbeeld op het gebied van elektrische veiligheid, compatibiliteit met het elektriciteitsnet en brandveiligheid.
- de panelen moeten over CE-markering en een EU-conformiteitsverklaring beschikken;
- de risico's moeten duidelijk aangegeven worden door fabrikanten en leveranciers (bijvoorbeeld de risico's die gepaard gaan met de aansluiting van meerdere apparaten op één stopcontact);
- de panelen moeten automatisch kunnen uitschakelen bij een stroompanne of stroomonderbreking.
Is er een meldingsplicht?
In Vlaanderen is er geen meldingsplicht voor dergelijke plug-and-play zonnepanelen; je mag maximaal twee stekkerzonnepanelen plaatsen zonder dit te melden bij netbeheerder Fluvius. De uitzondering op de regel: wie een analoge teller heeft, heeft wel een meldingsplicht. In Wallonië en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest daarentegen is er wel een meldingsplicht voor deze installaties.
Niet zonder risico
In de eerste plaats is een binnenhuisinstallatie die volgens de Belgische normen wordt geplaatst, niet gemaakt om veel stroom te injecteren via een gewoon stopcontact - vandaar uiteraard ook het begrensde maximale vermogen van 800 watt.
Het vermogen dat door een stopcontact kan stromen is beperkt, en het aansluiten van te veel panelen kan leiden tot overbelasting, kortsluiting en mogelijk brandgevaar.
Het inpluggen van een set met twee zonnepanelen in een stopcontact vormt geen probleem, maar als je een groot deel van je totale energiebehoefte wil dekken zoals met traditionele zonnepanelen, heb je er veel meer nodig.
Daarnaast wordt een plug & play-installatie niet gekeurd zoals een traditionele zonnepaneleninstallatie. Potentiële gevaren, zoals slecht aangebrachte verbindingen, onvoldoende aarding, of andere veiligheidsrisico’s, worden mogelijk over het hoofd gezien.
Er bestaan ook plug & play batterijsystemen. Daar lees je hier meer over.